Respect, een manifest tegen professionals in de nederlandse duivensport en het gebrek aan spelregels om de modale spelers tegen hen te beschermen.

 

Respect betekent volgens Wikipedia ,aanzien,eerbied of waardering voor iemand vanwege zijn kwaliteiten, prestaties of vaardigheden.
Dit is een definitie die niets aan duidelijkheid overlaat. Hoe komt het nu dat ik zo vaak totaal geen enkele vorm van respect op kan brengen voor mensen waar ik het spelletje duivensport mee speel en die van me winnen. Ik kan als verliezer namelijk heel vaak geen enkele vorm van respect opbrengen voor sommige winnaars. Heb ik dan een psychische stoornis of een karakter dat niet spoort? Of klopt het misschien dat er door diegene die van mij winnen vaak niet aan de voorwaarden is voldaan van respect hebben voor. Ik kan nu eenmaal geen respect opbrengen voor iemand die zichzelf al in een bevoordeelde positie heeft gemanipuleerd voorafgaande het spelletje. Waardoor uiteindelijk de rest van de deelnemers al bij voorbaat praktisch kansloos zijn. Waar het om gaat met een spelletje of een wedstrijdje is dat er ter aller tijden sprake moet zijn van een enigszins eerlijk spelletje of wedstrijdje. Dat eerlijke wedstrijdje is al een aantal jaren ver te zoeken in de duivensport. Het is al zover gekomen dat ik het een niet uitlegbare en volstrekt oneerlijke sport ben gaan vinden. Waarom is de duivensport afgegleden van eens een geweldige volks sport naar een sport met een desastreuze( heilloze) toekomst. De duivensport kende ooit zijn hoogtij dagen toen het computer tijdperk zijn entree nog niet had gemaakt. Daarna is het goed mis gegaan en ik blijf me maar afvragen wanneer en waardoor dat toch is gebeurd.

Liefde tussen mens en dier.

Mens en dier zijn historisch gezien altijd al met elkaar verbonden geweest. Juist in de meest primitieve gemeenschappen zie je vaak nog heel mooi de verbindingen tussen mens en dier. Vaak ook zorgt de afhankelijkheid van elkaars beste zintuiglijke kwaliteiten voor een soort super symbiose. Zag laatst nog een schitterende documentaire, ergens gefilmd diep in Afrika waar de relatie jager en hond zorgde voor een uiterst succesvolle jacht team. In beeld zag je de oer liefde tussen mens (een oude Afrikaan) en een dier (hond een soort basenji).Tijdens het interview zag je vaak het oude gerimpelde en verweerde gezicht van de jager in beeld. Die ondertussen liefkozend zijn hond zat te aaien met zijn al even oude en gerimpelde handen. Ondertussen prees hij de kwaliteiten van zijn hond de hemel in. En aan de verliefde blik van de hond richting zijn baas te zien verstond de hond letterlijk wat zijn baas over hem aan het vertellen was! Mens en dier, een fantastisch fenomeen en iets van aller tijden. En hier ligt ook de basis van de duivensport de combinatie mens en dier. Wat kan een mens met een duif in competitie verband genieten van het spelletje “Welke duif vliegt er het snelst naar huis toe”.Ik vind persoonlijk het moment dat een duif als eerste van een wedvlucht arriveert het aller mooiste moment. Alles is ondergeschikt aan dit moment, het kweken,de totale verzorging, de dagelijkse omgang ik vind het prachtig. Maar het moment suprême is en blijft het aankomst moment van je eerste duif. De adrenaline stroomt dan door je bloed. Een gevoel dat je pas begrijpt als jezelf een duivenliefhebber bent.

Eerlijke sport.

Met elkaar dit spelletje spelen is een prachtige hobby. Wat ik persoonlijk zo ontzettend mooi vond van de duivensport was de eerlijkheid van deze sport. Je bent niet afhankelijk van het oordeel van een keurmeester maar het spelletje is gewoon heel eerlijke en simpel. De duif die het snelst van alle duiven naar huis toe vliegt die heeft de 1e prijs gewonnen. De tweede snelste duif wint de 2e prijs en zo tellen we af tot een kwart van alle ingekorfde wedstrijd duiven geteld zijn. Een prachtig spelletje, waar hoogopgeleide duivenliefhebbers en liefhebbers die hun eigen naam niet konden schrijven vroeger samen een eerlijk spel konden spelen. Waar kasteelheren en arme sloebers die de hele week onder de grond steenkool aan het delven waren toch samen (op zondag) een (h)eerlijk spel konden spelen.
En de uitkomst van dat spelletje stond nooit bij voorbaat vast. De zakenman verloor het zelfs vaak van de arme sloeber. En de met blauw bloed geboren aristocraat verloor het regelmatig van de mijnwerker. Een eerlijker sport was eigenlijk niet denkbaar. Het ging namelijk niet alleen om de dure en prima gehuisveste duif .Nee er kwam ook nog iets anders bij kijken en dat iets anders was vaak niet te koop. De band tussen mens en dier was vaak net zo belangrijk als het in staat zijn om top duiven aan te schaffen en die op prima hokken te huisvesten. Dat gegeven heeft de duivensport geliefd gemaakt onder alle lagen van de bevolking. Maar het geliefdst bij de gewone werkende man. Deze gewone werkende man was door zijn duivenhobby in staat om als hij thuis kwam van zijn werk een stukje ontspanning te beleven. Het kweken en verzorgen van duiven het jaar rond was en is nog steeds een prachtige bezigheid. De spanning van het wedstrijd element tijdens de zomer is weer een nieuwe belevenis. Voor veel gewone hardwerkende mensen een prachtige vorm van ontspanning waar bijna iedereen plezier aan beleefde. De duif werd eens door een bekende schrijver van duivenboeken “ Het renpaard van de gewone man” genoemd. En daar had deze schrijver helemaal gelijk in. Zo voelde het dan ook precies voor veel mensen die maatschappelijk niet veel voorstelde maar wel een paar knappe duiven op hun hok hadden zitten. Hoe heerlijk moet het zijn geweest om als een onbeduidende fabrieksarbeider je collega’s, je chef of zelfs je eigen baas te verslaan met jouw duiven. Mensen kregen door hun duiven de kans om een hele nieuwe dimensie aan hun leven toe te voegen. Hun saaie en vaak niet te benijden leven kreeg weer glans door hun duiven. En had je niet de eerste prijs gewonnen dan waren er nog meer mogelijkheden om te schitteren. Wat dacht je van de 4e prijs met een volle poule of als eerste je getekende draaien of een heel hoog prijspercentage neerzetten. Kortweg meerdere liefhebbers konden door duivensport hun voldoening halen door een of andere prestatie neer te zetten. Jaren is dit spelletje duivensport zo goed gegaan. De spelregels waren duidelijk en het was een eerlijke sport.

De grote verleiding.

Totdat er een nieuw fenomeen in de duivensport op dook en dat werd het grote geld. Er bleek vraag te zijn naar duiven die goed presteerden en het grote geld werd betaald door mensen in binnen en buitenland die ook groot geld bezaten. We hebben in Nederland een landelijke competities opgericht om met elkaar te wedijveren wie de beste duiven van Nederland bezit op een specifiek onderdeel. Zoals duiven voor de korte afstanden, midden lange afstanden, verre afstanden en allround duiven. Vooral buitenlandse kopers bleken veel geld te betalen voor de winnaars van dit soort landelijke competities. Winnaars van dergelijke competities werden verkocht als broodjes van de bakker aan meestal buitenlanders voor grof geld. Ook voor duiven die provinciale en nationale overwinningen behaalden was grote( vaak buitenlandse) belangstelling en de prijzen die voor deze duiven werden betaald stegen de pan uit. Het werd steeds duidelijker dat er in onze mooie en eerlijke sport steeds meer geld te verdienen was. En toen ging het goed mis en heel erg goed mis.
Het grote geld werd en wordt dus verdiend aan de verkoop van landelijke kampioen duiven en overwinnaars van grote concoursen en/of kinderen daar van. Daar moet aan gewerkt worden dachten een aantal slimme ondernemers/duivenliefhebbers. Om in hun opzet te slagen werd een gedegen bedrijfsplan gemaakt en er werden duiven aangeschaft bij liefhebbers die al over een stammetje goed presterende duiven beschikten. Er werden heel veel jongen van deze duiven gekweekt en er werd met zoveel mogelijk duiven gespeeld. Alles om de potentiële top duif te ontdekken met als motto “des te meer kweken des te meer kans om de kampioen duif te ontdekken”. Door het spelen met heel veel duiven tegelijk kwamen de ondernemer/duivenliefhebbers er achter dat met veel duiven wel heel veel voordelen opleverde. Als je drie keer zoveel duiven inkorft dan je medespelers dan heb je numeriek gezien 3 keer meer kans op een 1e prijs. Maar ook 3 keer meer kans om een as duif te ontdekken. Ondertussen zagen veel liefhebbers met leden ogen aan dat ze dit soort gedrag niet konden volgen. Het financiële plaatje en de tijd (er moet meestal gewerkt worden) ontbrak bij het grote gros van de duivenliefhebbers. Langzaam maar zeker scheurde de duivensport uit elkaar. De ondernemer/duivenspeler ging steeds meer duiven houden en logischer wijs steeds beter presteren.

Andere aanpak.

In 2007 stond er een reportage in het Postduivenorgaan waarin een van deze duivenspeler/ondernemer (W de Bruyn) zijn toekomst plannen verklapte. Hij wilde de vluchtlijn gaan verleggen door zijn regio te voorzien van goede duiven zodat er een klad top duiven zijn richting op zou vliegen. Toen hij ook nog eens een andere duivenspeler/ondernemer met mega veel duiven als buurman kreeg was er niets meer wat hem tegen kon houden. Trots kon hij enkele jaren later op een landelijk forum vertellen dat hij het gefikst had. Hij had de vluchtlijn verlegd. En hij heeft het ook geflikt, zijn duiven worden tegenwoordig door zijn mede kompanen en zijn buurman tot bijna de laatste kilometer thuisgebracht. Dit soort mega spelers hebben op dit moment zoveel veel voorsprong op de rest dat er van een gezonde competitie geen enkele sprake meer is. De competitie lijkt nu( als we een vergelijking met de wielersport maken) op die tussen een individuele renner en renners die wekelijks thuis gebracht worden in een peloton). Deze spelers met veel duiven staan wekelijks te wachten op duiven die groepsgewijs naar huis toe komen vliegen. Tegen groepjes duiven valt als individuele duif (hoe goed dan ook) enkele kilometers buiten de vlieglijn niet te vliegen. Ook kwamen de professionals er achter dat duiven die veel getraind worden makkelijker naar huis toe vliegen. Het veel africhten en wegbrengen van de duiven werd dus een must. Jonge duiven werden vooral voor de start van de competitie wel 50 keer weggebracht en ook tijdens de vluchten werd er af en aan gereden. Door dit veelvuldig africhten werd de kloof nog groter tussen de zakenman/duivenliefhebber en de rest die niet in staat zijn om dit financieel (en ook niet qua tijd) te volgen.

Einde zoek.

Doordat de professionals vaak 300 jonge duiven kweken kunnen ze die dan ook rücksichtslos africhten. Deze jonge duiven ondergaan voor de start van het jonge duiven seizoen al een selectie die voor een modale speler absoluut onmogelijk is om uit te voeren. Dit systeem beoogd dat er alleen met de allersterkste ( door het abnormale veel africhten ) jonge duiven aan de competitie wordt begonnen .Vaak worden er al vaak meer dan 100 jonge duiven verspeeld (lees, praktijk technisch uitgeselecteerd ) nog voordat de jonge duiven vluchten moeten beginnen. Met de 200 overgebleven ( door de wol geverfde uiterst ervaren) jonge duiven wordt dan de modale liefhebber met zijn 40 jonkies helemaal weg gespeeld.
Respect opbrengen voor dit gedrag? Een typische voorbeeld waardoor veel duivenmelkers stoppen.
Dan het spel met de oude duiven ook hier zien we dat de professional zichzelf in meerdere voordeel posities manoeuvreert ten opzichte van de modale liefhebber.
We zullen enkele grote voordelen belichten.

1
Professionals spelen met heel veel jaarlingen en die worden bijna allemaal na één jaar spel weer vervangen door…… jaarlingen.
Jaarlingen hebben uiteraard minder ervaringen dan oude duiven. Door dit gebrek aan ervaring gaan ze er wekelijks vol in. Dat kan en gaat ook vaak goed mis,( zoals we recent weer hebben gezien) maar soms kan een jaarling verschrikkelijk uithalen. Niet door zijn ervaring maar juist door gebrek aan ervaring. Alle dag fond vluchten zijn voor jaarlingen een nieuwe ervaring en door heel veel jaarlingen in te korven zijn er altijd wel een paar die er er vol in gaan niet beseffende wat er boven hun hoofd hangt. Dat zijn de duiven die tegenwoordig vaak de grote concoursen winnen. En dat is uiteraard weer een van de hoofddoelen van de duivenspeler/ondernemer.
2
Door wekelijks met heel veel duiven te spelen zijn er na het meedoen aan 6 midfond en 6 dagfond vluchten altijd wel enkele duiven die na afloop hun prijs niet hebben gemist. Duiven die dus 6 competitie prijzen hebben gevlogen zonder te missen. Vaak zijn deze duiven tijdens de wedstrijden in groepjes thuis gebracht dus bijvoorbeeld van de 12 races zijn ze bijvoorbeeld 10 keer in/met een groepje duiven thuis gearriveerd. Een voordeel wat afgedwongen wordt door met veel duiven te spelen. Dat levert dan weer een provinciale of nationale kampioen duif op en dat is weer een prestige boost en reclame voor de slimme duivenspeler/ondernemer.
3
Een ander voordeel van met veel duivenspelen is de diversiteit aan duiven waar mee gespeeld kan worden. Zoals bijvoorbeeld wielrenners ook hun kwaliteiten vaak het beste ten toon spreiden onder bepaalde condities. Zoals het tegen een berg op fietsen ,sprinten, tijdrijden, met hoge snelheid kunnen dalen, dit zijn allemaal bepaalde aangeboren vaardigheden. De wielrenner die zijn vaardigheid ontdekt zal deze dan optimaal benutten. Hij krijgt dan al snel de naam een sprinter een klimmer of een tijdrijder te zijn. Met duiven is het ongeveer net zo. Sommige duiven vliegen met mooi weer zeer sterk anderen met enigszins slecht weer. Sommige duiven vliegen onder zeer zware condities vroeg en weer anderen met de wind op hun staart. Aangeboren vaardigheden die net zo divers zijn als bij wielrenners. Een normale en modale duivenspeler moet aan het einde van een seizoen keuzes maken. Hij zal moeten kiezen welke duiven hij het volgende seizoen op zijn vlieghok wil hebben om te sporten. Hij zal dan zijn keuze maken in de richting van dat spel dat hij het liefste speelt. Houd hij van de wat zwaardere verder vluchten dan zal zijn keus uitgaan naar duiven met deze basis eigenschap. Logischer wijs zal hij dan tekort schieten op vluchten waar deze vaardigheden geen rol spelen. De grote inkorvers hebben echter totaal geen probleem met hun selectie en hebben zowel sprinters, hangers,mooi en slecht weer vliegers in hun kolonie. De sprinters fungeren ook vaak als (atletiek) haas en brengen hun peloton vaak op de goede vlieglijn en op snelheid. Als de afstand groter wordt nemen andere duiven de kop weer over. Het moge ook duidelijk zijn dat dit ook een groot voordeel is als een concours bijvoorbeeld traag of slecht verloopt.
4
Stayer effect.
Het is bewezen dat duiven die gezamenlijk één bestemming hebben sneller vliegen. Ik heb ervaren dat zelfs 2 duiven met dezelfde bestemming harder vliegen. Het is een gigantisch voordeel als duiven wekelijks in koppels naar huis toe vliegen en met 3,4,10,20 of zelfs 40 tegelijk op de antennes vallen. Vooral door dit grote voordeel is op dit moment de duivensport helemaal uit zijn verband gerukt.

Dit zijn een aantal zeer grote voordelen voor de massa inkorver ten opzichte van de modale liefhebber. Waardoor de duivensport op dit moment letterlijk op sterven ligt. Jonge liefhebbers met een baan en een gezin en verstand beginnen niet met postduiven als ze tegen dit soort hokken moeten vliegen. Wekelijks voor Jan met de korte achternaam op de uitslag staan houdt geen paard vol. En zeker niet in 2017 waar geld en tijd heel belangrijk zijn voor een gezin. En de duivensport kost veel geld en nog meer tijd,heel veel tijd. Als er dan geen enkele sportieve bevrediging voor terug komt haakt iedereen af.

Door de locatie van een tweetal mega hokken vlak bij elkaar in Reeuwijk is er een soort denkbeeldige snelweg door de lucht ontstaan. Deze vluchtlijn wordt nog eens versterkt door een aantal topspelers die wonen enkele kilometers voor Reeuwijk in de regio Gouda.( lees plan de Bruyn NPO orgaan 2007 over het verleggen van de vluchtlijn) .Liefhebbers die dicht aan of onder deze (denkbeeldige)snelweg richting Reeuwijk wonen hebben nog enigszins plezier in onze mooie sport maar voor de rest van de duivenspelers in andere regio is duivensport één grote frustratie geworden.
Alle respect is bij mij dan ook verdwenen voor deze duivenspelers .Voor mij zijn het mensen die bewust het eigen gewin (zowel financieel als sportief) belangrijker vinden dan het voortbestaan van de duiven sport.
Wekelijks mensen knock out bombarderen (door net zoveel duiven in te korven als in de rest van Nederland hele concours combinaties nog niet doen) is wat mij betreft verschrikkelijk respectloos.

Een ieder die meent het nog te moeten opnemen voor deze spelers moet de volgende uitslagen eens aandachtig bestuderen. Dit zijn 5 uitslagen waar de twee professionals in Reeuwijk net zoveel duiven hebben ingekorfd als hun medespelers. Lees en huiver!!

Zonder de massa.

In 2017 hebben we in de kring “Gouwe en Ijssel” 5 vitesse vluchten zonder de massa duiven van Verkerk en de Bruyn gespeeld en we kregen een totaal andere uitslag te zien. Dit zijn zgn. dubbel vluchten die in hetzelfde weekend gespeeld werden tegelijkertijd met een dag fondvlucht.
Verkerk heeft aan 2 vluchten niet meegedaan.
Zie hier de resultaten.

Chimay 27-05-2017. Gouwe &IJssel 2747 d.
de Bruyn 20 mee 4 prijzen. 37-164-500-580.

Peronne 10-06-2017 Gouwe &IJssel 2449 d.
de Bruyn 18 mee 11 prijzen 3-4-114-122-135-259-260-261-283-518-519.(enkele redelijke tijdduiven maar de meeste zijn gewoon prijsduiven.
Verkerk 31 mee 23 prijzen 7-16-63-67-81-88-95-105-110-242-342-324-329-331-333-334-338-340-345-347-398-420-432-592.( enkele redelijke tijdduiven maar de meeste zijn gewoon prijsduiven).

Duffel 24-06-2017 Gouwe &IJssel 1595 d.
de Bruyn 10 mee 4 prijzen 11-77-82-385.
Verkerk 11 mee 4 prijzen 150-151-231-232. Begon in club met 18e prijs.(8 liefhebbers sneller in club.)

Asse Zelik 08-07-2017 Gouwe &IJssel 1749 d.
de Bruyn 10 mee 4 prijzen 36-182-190-278.
Verkerk 11 mee 1 prijs 148.

Quevrain 22-07-2017 Gouwe &IJssel 1337 d.
de Bruyn 12 mee 4 prijzen 35-40-246- 248.

Conclusie: op al deze vluchten was er ineens totaal geen suprematie meer van rayon b. (regio Gouda)
in beide rayons (regio Gouda en regio Krimpen )werd nu even hard gevlogen.
Zonder hun massa stayerende duiven in de strijd blijken de Bruyn en Verkerk met even veel duiven mee als hun meeste medespelers absoluut niet boven het maaiveld uit te komen. Sterker nog worden ze weggespeeld door heel veel concurrenten. Er is dan ook sprake van een prachtig concours waarin iedereen prima aan de bak kan komen.

Waarom er niets veranderd.

Waarom er niets veranderd en we gegijzeld worden in onze eigen prachtige sport die we zo liefhebben zal ik haarfijn uitleggen. Een normaal denkend mens buiten de duivensport die dit leest vraagt zich af over om hoeveel professionals gaat het nu eigenlijk. En zijn jullie niet in staat om de spelregels terug te draaien en er weer een gezonde duivensport van te maken. Als ik in mijn eigen regio (Zuid Holland) kijk kan ik op de vingers van één hand tellen hoeveel liefhebbers de boel eigenlijk verzieken. Landelijk speelt dit fenomeen nog minder dus praten we over amper over één procent van alle liefhebbers. Toch komen er ook steeds meer niet professionele liefhebbers die dit gedrag gaan volgen. Niet dat ze dit willen maar ze moeten wel als ze nog enigszins partij willen geven. Ook hier schuilt een groot gevaar (de gemiddelde (niet professionele )topspeler in de regio Gouda start toch al gauw met een 70 jonge duiven. En het zijn bijna allemaal combinaties omdat dit voor individuele liefhebbers financieel niet meer te behappen is.

Netwerk.

Zoals de geschiedenis van de duivensport al aan geeft wordt de basis van onze sport gevormd door gewone modale werkende mensen. Deze mensen hebben er over het algemeen geen hoog niveau studie opzitten en weten niets van netwerken. Hoogopgeleide mensen leren tijdens hun studie wel hoe belangrijk het is om een deel van een netwerk te zijn. Een hoogopgeleide Canadese vriend vertelde mij eens dat zijn netwerk(op een vak gebied) meer invloed had op bepaalde zaken dan de verantwoordelijke Canadese minister. Wij modale duivenmelkers zitten gevangen in het netwerk van de professionals. We hebben dat alleen niet door ,we mogen wekelijks ter opluistering meedoen maar de uitslag staat meestal al vast. We worden in de waan gelaten dat we in staat zijn om de professional te verslaan. Heel langzaam maar zeker zijn bijna alle bestuurders van de Nederlandse Duivensport opgenomen in het grote netwerk van de professionals. De enkele bestuurder die zijn rug probeert recht te houden is kansloos tegen de rest. Een mooi voorbeeld is het voorstel dat Cees Bosua afgelopen winter indiende met de gedachte om tot een normale enig ziens eerlijke Zuid-Hollandse duivensport te komen. Terwijl niemand (zonder een kilo boter op zijn hoofd) tegen dit voorstel kan zijn werd het voorstel door het bestuur op een zijspoor gezet waar het veilig staat geparkeerd voor de Zuid Hollandse professional. We kunnen gerust stellen dat het netwerk is doorgedrongen tot in alle lagen van de bestuurders vaak zonder dat deze bestuurders het altijd door hebben dat ze worden gebruikt.

Charme offensief.

De profs voeren meestal een waar charme offensief en staan bekend om hun vriendelijkheid. Met een brede glimlach komen ze uiterst aardig en correct over. Staan iedereen vriendelijk te woord en geven een ieder het idee dat ze er toe doen. Ondertussen laten ze lachend hun medespelers de messen slijpen waar deze “arme sloebers” de volgende dag zelf mee gekeeld gaan worden. Denk aan de inkorvers die wekelijks uren staan in te korven en zelf niet of nauwelijks op de uitslag lijst komen te staan.
Ook worden er gratis duifjes uitgedeeld aan vooral oudere liefhebbers die daardoor in een gewetenstrijd komen en zich niet meer durven uit te spreken tegen de professionals. Ook de schrijvende pers wordt aller innigst geknuffeld en die kan haast niet anders dan ze de hemel in prijzen als ze weer eens 2 koppeltjes duiven praktisch tegelijk krijgen van een dagfondvlucht. Dat er meer dan 100 duiven geen prijsvliegen wordt uiteraard verzwegen.
Uiterst charmant dus naar de buiten wereld toe maar o wee als hun inkomsten bedreigt gaan worden. Dan wordt het netwerk een kartel en komt hun ware aard te voorschijn.

Ware aard.

Enkele jaren terug ben ik columns gaan schrijven voor het “Spoor der Kampioenen” omdat ik iets moest doen. Ik ergerde me aan het steeds gretiger wordend gedrag van de profs. Toen de Bruyn en Verkerk ook nog naast elkaar kwamen wonen begreep ik maar al te goed wat er in de toekomst zou gaan gebeuren. Mijn eerste column had als titel “Inkorf beperking we kunnen er niet meer omheen” Ik kreeg een bepaalde tijd de kans om de duivenliefhebbers te waarschuwen tegen het grote gevaar van de profs in de duivensport. Ik kreeg de kans (en doe dat nog steeds door het hele land) om mijn gedachte goed te uiten in zgn. Martin van Zon forums. Ik neem dan de uitslagen mee van de club in Reeuwijk waar de Bruyn en Verkerk lid zijn. Vaak gaat er een golf van afschuw door de zaal als liefhebbers deze uitslagen lezen. Een van de grootste Zuid-Nederlandse kampioenen ooit fluisterde me toe ”Als ik in zo’n club lid was dan ruimde ik vandaag nog al mijn duiven op”. De profs kregen door dat ze behoorlijk last gingen krijgen van mijn gepreek en geschrijf en pikte het niet langer. Mijn redactie werd geconfronteerd met enkele profs die geen bonnen meer beschikbaar stelde omdat ze last hadden van mijn geschrijf. Niet veel later werd mijn redactie uitgenodigd voor een gesprek met het prof kartel bij een bekende prof duivenmelkers familie in Zutphen .Ik was daar uiteraard niet bij maar wat ik wel weet is dat mijn redactie door al deze uiterst vriendelijke en voorkomende profs door middel van hun woordvoerder Willem de Bruyn simpelweg aan chantage zijn blootgesteld. Martin van Zon moest een toontje lager zingen en anders …….de rest kun je wel invullen. Mijn redactie vertelde me dat ze niet zijn gezwicht voor deze chantage praktijken en hun poot stijf hebben gehouden. Ik begrijp heel goed dat een duivenkrant niet kan functioneren zonder de medewerking van de upper ten van de Nederlandse Duivensport. Toen ik even later door mijn hoofdredacteur er vriendelijk op werd geattendeerd dat ik mijn punt wat betreft de “mega inkorvers” nu wel had gemaakt begreep ik de boodschap. Ik bleef columns schrijven maar ik moest angstvallig de profs vermijden en toen ik toch iets over de rand kwam zag heel Nederland gelijk het resultaat. De als uiterst sympathiek bekendstaande Gerard Koopman weigerde direct alle medewerking aan een reportage na aanleiding van een NPO overwinning. Gerard was boos over mijn schrijven over één van Gerard’s mede kompanen hier in de regio. Dat was niet naar zijn zin en het “Spoor” werd direct gestraft door onze sympathieke Gerard Koopman. De “verdwijning “van een van onze beste medewerkers statisticus A .Coolen uit onze duivenkrant ligt ook hier aan ten grondslag. Ik heb een prima verhouding met onze redactie maar heb toch te kennen gegeven voorlopig even geen columns meer te schrijven. Ik schrijf namelijk vanuit mijn hart en ik kan nu eenmaal niet rustig met vrienden gezellig blijven kaartspelen in de woonkamer terwijl ik zie dat mijn keuken in brand staat.

Nogmaals respect.

Respect is de titel van dit manifest. Ik schrijf vanuit mijn hart en het zit niet in mijn aard om me vrijwillig naar de slachtbank te laten leiden. Als deze profs in staat zijn om met een gemiddeld aantal duiven topprestaties neer te zetten dan krijgen ze van mij alle respect die ze verdienen. Maar als ze door hun ambities (om in enkele jaren schatrijk te worden) mijn sport de nek omdraaien en verzieken zullen ze mij tot mijn allerlaatste snik tegenover zich weten te vinden. Steun vanuit de top van onze organisatie NPO en afdelingen hoeven we niet te verwachten.Waarom niet ? Als je dat niet begrijpt lees dan dit manifest nog eens aandachtig over.

Martin van Zon.